Vergeet Mij Niet
Vergeet Mij Niet

Vergeet Mij Niet

Annie M.G. Schmidtprijs 2004

BRAM, THEO, DRÉ EN DE KNEET IN ÉÉN LIED

‘Een ode aan wie recent overleden waren’

Door Daan Bartels
Beeldje Annie M.G. Schmidt, gemaakt door Frank Rosen, gefotografeerd door Jaap Reedijk

Freek de Jonge maakte in 2004 een reeks van vijftien unieke voorstellingen, die hij De vergrijzing noemde. De tiende daarvan werd afgesloten met een speciale uitvoering van Vergeet mij niet, dat later werd verkozen tot het beste theaterlied van dat jaar.

“Zelden heb ik me zo gelukkig gevoeld, als in de tijd van De vergrijzing”, vertelt Freek de Jonge. “Elke maandag kwam ik met het team samen in het Compagnietheater in Amsterdam om te zien wat de decorploeg aan het doen was. Op de dinsdagen deed ik mijn eerste voorleespogingen en in de dagen daarna groeide dat uit tot een voorstelling. In het weekend maakte de VPRO opnames, die later werden uitgezonden. Robert Jan Stips was de muzikaal leider van het project. Hij componeerde alle liedjes, tunes en muziek bij de filmbeelden.”

Creatieve uitputtingsslag
Robert Jan Stips: “Je zou De vergrijzing gerust een creatieve uitputtingsslag kunnen noemen, met voor Freek veel ruimte om in te gaan op de actualiteit. En er is nogal wat gebeurd in die periode. Bij aanvang van de serie overleed Bram Vermeulen, met wie Freek jarenlang Neerlands Hoop vormde. En een paar weken later werd Theo van Gogh vermoord. Freek schreef als reactie daarop een extra couplet voor het lied Vergeet mij niet. Ik had daar muziek voor gemaakt met een verrassingseffect; aan het eind van de coupletten valt het stil en kun je zelfs denken dat het is afgelopen, waarna ineens een tsunami van gevoel volgt. Door de toevoeging van het laatste couplet werd het lied een ode aan wie recent overleden waren.”

Freek: “Vergeet mij niet zong ik aan het einde van elke voorstelling en was enigszins ironisch bedoeld; dat je eerst een beroep doet op de aandacht van de mensen en ze daarna ook nog smeekt je niet te vergeten. Met het slot over Bram, Theo, Dré en de Kneet (André Hazes en Gerrie Knetemann, DB) en de vraag hèn niet te vergeten, ging die ironie een beetje verloren en werd het een meer melodramatisch stuk.”

Hoogste noot
Robert Jan: “Muzikaal heb ik Freek er eigenlijk best mee voor het blok gezet. Het refrein begint met zo ongeveer de hoogste noot die hij kan halen. Dat maakt het spannend. Als zanger vergelijk ik Freek met Bob Dylan. Als je alleen houdt van zangers die zuiver en technisch verantwoord zingen, dan vind je hen misschien niet zo goed. Maar ik vind het belangrijk dat iemand met hart en ziel zingt. Naar mijn norm is Freek een hele goeie zanger.”

Ook de jury van de Annie M.G. Schmidtprijs vond dat en Freek accepteerde de prijs, die aan hem en Robert Jan werd toegekend. Freek: “Ik heb er niet over getwijfeld ‘m in ontvangst te nemen, al moet ik zeggen dat Robert Jan degene was die het lied tot mijn verrassing had ingestuurd. Kijk, het is natuurlijk geen ‘lintje’, want zoiets zou ik eerder een belediging dan een eer vinden. Dit zie ik meer als een competitie onder vakgenoten en dat is leuk. Sterker nog: voor de nieuwe ronde heb ik nu zelf twee nummers ingestuurd!”